Het was de eerste dinsdagavond van januari. Het sneeuwde zachtjes buiten toen Ilse met haar vriendinnen zat te eten terwijl Jace al lag te slapen.
‘Hoelang blijft Bram nu weg?’ Madison keek naar Ilse.
‘Bijna vier maanden,’ zei Ilse. ‘Eind april komt hij terug.’
Bram was marinier en was die ochtend vertrokken op een trainingsmissie van bijna vier maanden. Bram was vaker lang weggeweest, maar sinds ze samenwoonden was hij nooit vier maanden achter elkaar weggeweest voor zijn werk. Ilse had jaren alleen gewoond met Jace en was er toen aan gewend om in haar eentje voor hem te zorgen. Ze was ervan uitgegaan dat ze dat ook deze keer wel in haar eentje aankon. Bovendien hoefde ze zich niet te vervelen in de tijd dat Bram weg was. Ze waren een bruiloft aan het plannen – Guusje zou Ilse helpen zolang Bram weg was – en daarnaast hadden Bram en Ilse een nieuwbouwwoning gekocht waarvan de bouw nu bezig was. Naar verwachting zou de woning aan het eind van het jaar klaar zijn.
‘Jemig, ik moet er niet aan denken om zo lang alleen te zijn,’ zei Madison.
‘Nee, maar Jasper en jij kunnen nog geen twee dagen zonder elkaar,’ merkte Guusje op.
‘Echt wel,’ zei Madison. ‘Hij is laatst met zijn vrienden een weekendje weg geweest.’
‘Ja, van vrijdagavond tot zondagmiddag.’ Guusje keek haar aan. ‘Nog geen twee dagen dus.’
‘Hoe is het met je nieuwe woning?’ Rosalinde had geen zin om naar het gekibbel van Guusje en Madison te luisteren en stelde Ilse daarom een vraag over een ander onderwerp.
‘Er ligt inmiddels een vloer in,’ zei Ilse. ‘Het gaat niet zo snel. Hopelijk zitten we er over een jaar in.’
‘Dat is nog eens iets anders dan deze woning,’ vond Rosalinde.
‘Inderdaad.’ Ilse knikte.
‘Hou je Bram een beetje op de hoogte van het huis?’ wilde Guusje weten.
‘Ja, we hebben afgesproken dat ik af en toe langs het nieuwe huis rij en dat ik dan foto’s naar hem stuur,’ zei Ilse.
‘Dan ben jij toch de eerste met een echt koophuis.’ Madison keek naar Ilse. ‘Rosalinde heeft een eigen woning, Floor ook, maar jij bent de eerste die echt een woning heeft gekocht. Jace, trouwen, huis… ik geloof dat jij toch het meest burgerlijk bent van ons allemaal.’
Jace lag al een tijdje te slapen en Ilse wilde net op de bank gaan zitten toen ze de bel hoorde gaan. Het was zondagavond en Ilse had net haar eigen tas en die van Jace ingepakt zodat ze dat de volgende ochtend niet meer hoefde te doen. Omdat de buitenlamp aan was, kon Ilse al vanuit de hal binnen zien wie er voor haar deur stond, en de persoon die daar stond had ze niet verwacht. Ze aarzelde even of ze de voordeur open zou doen, maar ze wist dat hij al gezien moest hebben dat er iemand thuis was. Bovendien wist ze niet of ze met hem wilde praten, want ze had geen idee wat hij kwam doen.
Ze haalde de voordeur van het slot af en schakelde de lamp binnen aan, voor ze de voordeur opendeed.
‘Hallo.’ Ze glimlachte vriendelijk naar de man die voor haar stond. Het was meer dan vier jaar geleden dat ze elkaar voor het laatst hadden gesproken en het was vreemd om hem weer te zien.
De man keek haar aan. ‘Wat deed jij bij de crematie van mijn vader?’
Ilse haalde haar schouders op. ‘Dat was wel het minste wat ik voor hem kon doen.’
‘Waarom?’ wilde hij weten. ‘We hebben je al zeker vier jaar niet meer gezien.’
Hij was nauwelijks veranderd de afgelopen jaren, vond Ilse. Zijn haar had hetzelfde model en zijn gezicht was er niet ouder op geworden. Hij zag er nog steeds goed uit.
‘Jij niet, maar je vader wel.’ Ilse keek hem aan. ‘Dankzij hem heb ik een baan gekregen.’ Dat was geen leugen, maar de echte waarheid was een stuk uitgebreider.
De man keek haar verbaasd aan. ‘Meen je dat?’
Ilse knikte.
‘Dat heeft-ie me nooit verteld.’
Ze haalde weer haar schouders op. ‘Dat weet ik niet. Maar ik kwam je vader weleens tegen als ik aan het werk was.’
‘Hmm.’ Hij knikte begrijpend.
‘Hoe weet je eigenlijk waar ik woon?’
‘Je adres stond in een lijst met alle adressen voor op de enveloppen.’
‘Het was een mooi afscheid.’ Ilse keek hem aan en hoopte dat ze hem op een subtiele manier weg kon krijgen. ‘Ik wens jou en de rest van je familie veel sterkte toe.’
Gelukkig voor Ilse begreep hij het. ‘Bedankt. Fijne avond nog.’ Hij draaide zich om en liep het tuinpad af.
Ilse sloot opgelucht de voordeur. De enige die nu nog van haar geheim op de hoogte was, was Martin, maar Ilse was ervan overtuigd dat hij haar geheim met niemand zou delen.