Vier jaar, tien maanden en zeven dagen. Zo lang was het geleden dat Sara vertrok. En nu was ze terug. Na haar overstap in Dubai hadden de stewardessen al Nederlands tegen haar gepraat, maar pas op Schiphol realiseerde Sara zich – toen de douanier haar in het Nederlands groette – dat ze echt terug was in Nederland.
Sara had al snel haar beide koffers van de bagageband gehaald. Haar mobiel werkte niet meer nu ze in Nederland was aangekomen, maar omdat haar vliegtuig op tijd geland was, hoopte Sara dat haar zusje op haar stond te wachten.
In de aankomsthal was het druk. Overal stonden vrienden en familieleden van reizigers te wachten, en het duurde even voor Sara haar zusje gezien had.
Isa had haar zus meteen zien lopen. ‘Sara!’ Ze zwaaide en liep zo snel als ze kon door de menigte door naar Sara toe.
‘Ies!’ Sara glimlachte en sloeg haar armen om haar zusje heen. ‘Oh, wat heb ik je gemist. En wat ben je groot geworden!’ Sara plaagde haar jongere zusje daar altijd mee. Toen Sara vijf jaar geleden naar het buitenland was vertrokken, was Isa pas net klaar met de middelbare school. Inmiddels was ook Isa volwassen geworden – ook al woonde ze nog steeds bij haar ouders.
Isa grijnsde. ‘Goede vlucht gehad?’
‘Ja.’ Sara knikte. ‘En zo vreemd om weer in Nederland te zijn.’
‘Je was hier vijf maanden geleden nog.’ Isa glimlachte. ‘Zo veel is er niet veranderd de afgelopen vijf maanden.’
‘Niet?’ Sara keek haar zusje aan. ‘We zijn weer tante geworden.’
‘Oh ja.’ Isa glimlachte.
‘En jij bent afgestudeerd.’
‘Nog niet.’ Isa schudde haar hoofd. ‘Volgende week is de diploma-uitreiking. Kom je ook?’
‘Natuurlijk,’ zei Sara meteen.
‘Wanneer ga je terug?’ Isa keek haar oudere zus aan.
‘Dat weet ik nog niet.’ Sara glimlachte. ‘Ik heb nog geen ticket geboekt.’
Sara had haar familie niet verteld dat ze niet wist of ze wel terug zou gaan. Toen Sara een paar maanden geleden had gehoord dat haar ouders van plan waren om hun bedrijf, met daarbij de ouderlijke woning, te verkopen, had Sara besloten om naar huis te gaan – ook al voelde Nederland niet meer als haar thuis. Haar ouders hadden de afgelopen dertig jaar alles bewaard, dus voor het huis verkocht kon worden moest er heel wat opgeruimd worden. Daarnaast moesten ze zelf op zoek naar een nieuwe, kleinere, woning en bovendien moest ook het bedrijf nog draaiende gehouden worden.
‘Zijn pap en mam aan het werken?’ vroeg Sara.
‘Ja.’ Isa knikte. ‘Maar ze sluiten vandaag de winkel wat eerder. Ze zijn zo blij dat je weer thuis bent. En ik ook.’
Sara glimlachte. ‘Ik ook. Het is lang geleden dat ik langer dan een dag of tien in Nederland ben geweest. Ik kan niet wachten om iedereen weer te zien en om ons nieuwe neefje te ontmoeten.’
‘Vind je het heel erg om even te wachten voor we terug naar huis rijden?’ Isa keek naar haar zusje. ‘Ik heb zin in een koffie van Starbucks en dat hebben ze bij ons in het dorp niet.’
Sara grijnsde. ‘Natuurlijk, zusje. Als je ook maar iets voor mij haalt. Ik kan wel wat koffie gebruiken na deze reis.’
Isa glimlachte. Ze was blij dat haar zus terug was en dat ze komende maanden samen door konden brengen.
Isa wilde niet alleen naar het optreden van SKAI die woensdagavond in de kroeg, en omdat Sara niets beters te doen had was ze met haar zusje meegegaan. Sara was nog steeds verbaasd dat er elke woensdagavond weer zoveel mensen op de band af kwamen. Ze had met Isa plaatsgenomen aan de bar, maar toen de band na een uurtje pauze ging houden was Isa al snel verdwenen.
‘Gezellig, hoor. Met je zusje naar de kroeg.’ Jelle, die achter de bar stond, keek naar Sara.
Sara glimlachte. ‘Inderdaad. Ach, als de band zo weer gaat spelen, ben ik weer goed genoeg.’
Jelle grijnsde. ‘Dan weet je ook op welke plaats je bij Isa staat.’
Ze knikte.
‘Wil je nog een wijntje?’
‘Ja, dat gaat er wel in.’ Sara glimlachte.
Jelle draaide zich om om een fles witte wijn te pakken. Toen hij zich terugdraaide keek hij naar de ingang.
Omdat hij even bleef kijken, draaide Sara zich om zodat ze kon zien waar hij naar keek.
Sara zag Lex staan en kon niet bepalen wat zijn gezichtsuitdrukking betekende. Lex leek boos, maar tegelijkertijd verbaasd en verdrietig.
Ze zag dat Lex van Jelle naar Sara keek. Toen draaide hij zich om en verliet de kroeg.
Sara draaide terug naar Jelle. ‘Ik denk dat je naar hem toe moet gaan.’
‘En dan Anna-May hier alleen laten staan? Ik bel hem vannacht wel.’
‘Ik neem het wel even van je over.’ Sara was al opgestaan en voor Jelle het door had, was Sara degene die de fles wijn in haar handen had en deze terugzette in de koelkast. Als ze achter de bar moest helpen, kon ze de alcohol beter even laten staan.
Jelle keek haar aan. ‘Bedankt.’
‘Ga nu maar.’ Sara keek naar een man die aan de bar was komen staan en had nog geen biertje kunnen tappen voor Jelle de kroeg uit liep.
‘Sta jij niet aan de verkeerde kant van de bar?’ Anna-May keek naar Sara toen ze met een dienblad vol lege glazen achter de bar kwam staan.
‘Ik help Jelle.’ Sara glimlachte. ‘Noodgeval.’
‘Aha.’ Anna-May knikte. ‘Gelukkig is de pauze bijna voorbij. Zal ik je even helpen met de kassa?’