Lauren was vrijdagochtend wat later bij het appartement van Syl. Het voordeel was natuurlijk dat Syl niet zou merken dat ze later was; als alles maar schoon zou zijn als hij thuis zou komen. Lauren had in de keuken een emmer en wat schoonmaakspullen gepakt die ze in de emmer stopte. De vaatwasser was bijna vol – met de ontbijtspullen die nog op het aanrecht stonden vond ze het vol genoeg – dus die zette ze eerst nog aan. De binnenkant van de oven was nog behoorlijk schoon en daar zou ze vandaag geen tijd aan besteden. Ze zou eerst de badkamer doen en daarna gaan stofzuigen, dat zou al veel verschil maken.
Met de emmer in haar hand liep Lauren naar de badkamer toe. Ze was jaloers op Syls badkamer. Een bad én een douche, een dubbele wastafel en nog genoeg ruimte om jezelf af te drogen. In haar woning was de badkamer een douche met daarnaast een wastafeltje. De enige manier om Arthur af te drogen in de badkamer was om hem in de douchecabine te laten staan na het douchen – anders paste Lauren niet meer in de badkamer. Zou ze later ooit een badkamer hebben zoals Syl nu had? Met een tevreden glimlach opende ze de badkamerdeur, zoals ze altijd deed.
Maar in plaats van de lege, gebruikte badkamer waar ze op rekende, kwam Lauren in een hele andere situatie terecht.
Bij de wastafel in de badkamer stond Syl. Zijn brede schouders en zijn stevige rug waren nog nat van het douchen, de druppels glinsterden op zijn huid. Het enige wat Syl droeg was een witte handdoek die hij om zijn middel had geknoopt.
Lauren bevroor, met haar hand nog op de deurklink. Haar ogen werden groot van verbazing en haar hart begon sneller te kloppen. Dit had ze niet verwacht.
Syl had iets gehoord en keek op. Omdat hij zijn lichaam een beetje in de richting van de deur draaide, had Lauren nu ook zicht op zijn gespierde borstkas.
Hun blikken kruisten elkaar. Syls ogen keken haar verbaasd aan, maar een klein geamuseerd lachje verscheen om zijn mond.
Lauren voelde haar wangen warm worden en ze had het gevoel alsof ze ieder moment door de grond kon zakken.
Zonder een woord te zeggen staarde ze hem nog een paar seconden aan. Ze wist dat ze iets moest zeggen of iets moest doen, maar haar hersenen leken het even te hebben opgegeven. ‘Ik… sorry.’ Plotseling kwam ze in beweging. Haastig draaide ze zich om en duwde de deur achter zich dicht, bijna struikelend over haar eigen voeten. Ze leunde heel even tegen de muur in de gang en sloot haar ogen, terwijl haar hart nog steeds razendsnel bonkte. Ze kon niet geloven wat er net gebeurd was en ze probeerde haar gedachten te kalmeren. Misschien had ze net wel het meest gênante moment van haar leven meegemaakt. Ze hoopte maar dat Syl het hele voorval zou vergeten. Snel liep ze door naar de gang om de stofzuiger te pakken. Het was een beter idee als ze eerst iets anders ging doen.